In de
klas hebben we het gehad over Aswoensdag, de start van de veertigdagentijd (= een
periode waarin we ons voorbereiden op een groot feest: PASEN).
Een weekje
voor Pasen start de Goede Week op Palmzondag.
Op die dag rijdt Jezus Jeruzalem binnen op een ezel. De mensen begroeten hem
door te zwaaien met palmtakjes. Hij wordt begroet als een koning. Het is bijna
Paasfeest bij de Joden. Ook Jezus en zijn vrienden willen dit vieren. Ze
blijven in Jeruzalem.
Op Witte Donderdag gaat Jezus rond de
tafel zitten met zijn leerlingen. Ze eten brood en drinken wijn. Dit is het
laatste avondmaal van Jezus.
De dag
erna, op Goede Vrijdag, wordt Jezus opgepakt
door de soldaten. Ze vinden dat hij leugens vertelt en hij wordt veroordeeld om
te sterven aan het kruis. Jezus wordt aan het kruis genageld en veel mensen
wenen. Jezus sterft.
Op Stille Zaterdag wordt Jezus in zijn
graf gelegd. De mensen bidden bij zijn graf. Ze zijn heel verdrietig.
Maar op
zondag is iets heel speciaals gebeurd. Het graf van Jezus is leeg! Hij is
verrezen! Jezus leeft!
Het is…
Pasen!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten